Reglement
voor drost, schepen en secretaris, 1747 (Stein)
-
|
Genealogisch
domein |

|
|
Overzicht van
historische bronnen |

|
E-mail |

|
Deze bewerking werd ter beschikking gesteld door Mathieu
Vandenbosch.
Bron: Publications de la société
historique et archéologique dans le duché de Limbourg.
Tome XII. 1875. blz. 448 - 457.
Reglement der ryksbaronie Steyn waernaer
sich
Drost, vicedrost, schepenen ende secretaris
in leen-, justitie- en gemeentesaecken
hebben te richten
met eenen vernuewden taxt van hunnen
judiciale en extrajudiciale
gebueren of rechten.
Wy Frans Frederik en Geraerd Wilhelm vryheeren van Kinsky, ryx- vry-
bannerheeren der immediaten ryx- vrye heerlyckheidt Stein: dewyl wy
misvergeneught hebben waergenomen, dat eenigen tydt geleden, soo wel by onse
leencamer als gerichte allerhande misbruecken syn ingekroopen, en veelderhande
soo wel ons ende onsere landtheerlycke voorrechten, als die onderdaenen
naerdeelige en beswaerlycke verordeningen ontstanden, niet weeniger over die
gerichtelycke en buyten gerichtelycke genomene behooringen en over die
verdeelinge onder die gerichtspersonen klachten gevoert syn worden, soo hebben
wy tot deszelfs geheele ontheffinge oock herstellende goede ordere een nieuw
Reglement opgericht, bevelen oock onsen drossaert, vice-drossaert, schepenen en
secretaris op heet aldernaetsten dit te houden, en desen reglement in alle
stucken en punten op het zorgvuldigste naer te koomen en naer te leven, oock
opdat daer mede hetselve tot jedermans wetenschap en naerachtinge des te beter
magh gelangen jaerlyx by houdender voogtgedinge oopenlyck te publiceeren en voor
te lesen.
Gegeven op ons ryx-vrijheerlyck sloot van Stein den 27 Juny 1747.
§ I. Van de feudalia of leenen.
- Dese onse ryx-vryheerlycke leenkamer sal allemael met onsen drossaert
of vice-droccaert, als leenstathouders, dry verscheyden schepenen, die te
gelyck pares curiae of leenmannen syn, en oock door onsen
leen-secretaris besadt sy.
- Des diensdaghs van veertien tot veertien daegen, als des morgens ordinaria
judicia of ordinair gerichtdagh syn, sall die leenkamer altemael des
anermiddaghs om twee uyren en sulx op desen onsen sloot gehouden worden.
- Noch onsen leenstadthouder, noch secretaris sal tougelaeten syn die
leenboecken ofte protocollen met naer huys te nemen, maer sullen deselve in
onse archief bestendig verblyven.
- Geenen en sal tot leendrager of ophouder aengenomen worden, hetsy dat
hij den behoorlycken ouderdom heeft ende den leeneedt selven uytsweeren sal
konnen. Maer soude dat leen eenen minderjaerigen self toekoomen, soo is het
hem toegelaeten door eenen bevolmachtigden hetselve releveeren te konnen.
- Soo dickwyls als eene beleeninge geschiet, moet den ophouder ofte
vassael bevoolen worden voor het uytsweeren van den eedt een rigtige
designatie of aenwysinge van alle spleet-inhebbers en van die onder den leen
gehoorige stucken, wie en waer se gelegen, by te brengen, welcke alsdan met
het meetboeck te collationeren ofte naer te syen, en aen den protocol in of
op te draegen is.
- Ratione des laudemii pro Domino en van die van een jeder
relieff te betaelen staende jura of gebuerenissen blyft het by de
oude observantie af wie van outs, te weten dat van een groot leen die
leenkamer toebehort 14 gulden Maestrichter cours, maer van een cleyn leen of
keurgoedt 7 gulden Maestr. betaelt worde, welcke alsoo syn te verdeelen dat
den stathouder daervan twee, jeder leenman en secretaris een deel daervan
genieten.
- Wanneer by die leencamer van leenplichtige goederen opdraghten en
aenervingen geschieden, moet dieselve voor leenrechten betaelt worden 7
gulden Maestr., alwelcke wij als hierbovenstaende verdeelen.
- Wanneer over leengoederen onder die leenluyden strydt quaem te
ontstaen, ofte van jemant een leenbaer goed in aenspraeck genomen wierde,
sal op die ordinaire manier van die leencamer vervaren, de citatie by den
leenstathouder gesoght en soo den klagher en beklaegden over beyder
pretenderende recht vernomen en ten langsten in den dryden termyn die saecke
finaliter geschieden of geeindigt worden in geenen termyn of andere
manieren van procedeeren gepermitteert syn.
- Wijle oock by pantbetredingen en insettingen sich verscheiden abuysen
vertoonen, waerdoor alleen de onderdaenen op kosten gedreven worden, soe sal
deselve alleen in den val van contumacie ex primo decreto of in den
van van contumacie of ongehoorsaemheydt uyt het eerste decreet plaets
hebben, en alsoo dan eenen langer loopenden terminus peremptorius van
ses weecken aengeordert; maer naer desselfs verloop, die terminus
peremptorius is soo veel als den termien van versteeck, immissie of
instellinge uyt het tweede decreet gerealiseert, dan immissus of
ingestelden voor den waeren eigenaer gehouden en aengeërfd worden.
- Die jura immissionis of rechten van instellinge blyven wy in den
ouden taxaet bevindelyck tot 7 gulden Maestr., welcke wie Art? 6 vermelt te
verdeelen syn. Wanneer ook by de leencamer geprosedeert wordt syn die jura
termini of leenrechten insgelyx of eveneens met 7 gulden Maestr. te
betalen en te reparteeren en te verdeelen.
§ II. Van de criminalia, fiscalia, crimineel- oft
fiscael saecken.
- Wanneer jemant van eenen, die levenslyfstraff
naer sich treckende verbreken of overtredinge, inculpeert en geaprehendeert
worden is, sal ons gericht die generale inquisitie of onderzoekinge tegen
den delinquent of quaetdoender en die omstanden van syne quaede daden of
feyten voornemen, maer alsdan onstandelich aen ons berichten, maer
geensweegs sonder daerover te voren van ons bekomen orde, met de speciale
ondersoeckinge (geswyge met die tortuer) te mogen voortvaeren.
- In fiscalibus of fiscaelsaecken laeten
wy by het tegenwoordig Reglement, dat den drost die kleyne breucken, dat is
die onder de drie goltgulden bedragende gelaetten sullen worden. Maer
daermede dat onse onderdaenen niet over het behoor gebreuckt mogen worden
soo sal aen ons alle half jaeren, 14 daegen nae paesschen en 14 daegen nae
St. Michiel, van onsen drost een extract ofte uuyttocht toegesonden worden,
waerin hy die naemen van den gebreukten, het delictum ofte feyt dat hij
heeft begaen en die somme wie hoogh hij in breucken geslagen sye worden, in
het kort heeft aen te wysen.
- Maer ist van den eenen of den anderen der
onderdanen een delictum ofte feyt begangen, hetwelck met een groote breuck,
dat is met drie goltgulden te penaliseeren of te straffen, ofte in allen
gevall noch hooger circumstantie en manier van het feyt; hetwelck toch ad
arbitrium nostrum of ons goetduncken is te stellen, soo sall aen ons
daervoor twee deel, den drost een deel aen ofte tou vallen, waertegen hy
oock een deel der kosten wanneer poena capitis et corporis afflictiva
erkent wordt, te draegen heeft, hetwelck soo veel te seggen is als wanneer
eenen aen lyf of leven is te straffen.
- Die breucken en sullen niet meer, wie tot nu
tou geschied is, in die soogenaemde schepensrolle ingeschreven, integendeel
een besonder protocol daervan verveerdigt worden, dewiel deselve ons
tegenwoordig gericht geheel niet, maer alleenlyck ons allee aengaende syn.
En bij het houden der breucken verhoort, dat die schepen alleenelyck van
onsen drossaert adhibeert worden, sonder dat sy sich eenige cognitie of
kennisse in breucksaecken hebben aen te maetigen of aen te nemen.
- De jura of rechten des breuken
verhoort, syn wie van eenen termini judicialis ordinarii tot 6 gulden
Maestr., dewyl hy alhier geen schryffloon heeft, ook twee deel hebben, de
overige twee deel sullen de geheele schepenen hebben voornhunne bysittinge
van desen.
§ III. Van de judicialia of rechtsaecken.
- Voor ons tegenwoordigh gericht gehooren in civilibus
of in civiele saecken alle reële en personeele actiën, daeruyt genomen de
leengoederen als waertoe onse leencamer aengeordent is. Daer en sullen oock
geene actiën of pretentiën onder 25 gulden Maestr., tot de schepensrolle
gebracht worden, sonder dergelycke geringachtige saecken voor onsen drost
alleen per modum mandatorum of door manier van bevelen, naer vooriger
sommaire ingenomene informatie der saecken geeindigt of gescheyden worden.
- Alle 14 daegen, van dingsdagh tot dingsdagh,
des morgens om 9 uren, sal ordinarium of gerichtdagh gehouden worden,
en alle de schepenen convoceert of byeen geroepen.
- In desen ordinario of ordinaire sullen
alle actus volontarii of vrywillige acten en contentiosa
jurisdictionis of strydige jurisdictien verhandelt worden, parthiën
gehoort; concordia praevia senseert of ackoort en vergelyck integaen,
getuygen verhoordt, decreten afgedaen, arresten ontslagen of vigoriseert en
sententiën soo interlocutoir of definitief gepubliceert; de jura van deses termini
ordinarii of de rechten van desen ordinaire moeten int geheel met 6
gulden Maestr., waervan ieder partie die halfscheyt als 3 gulden te
overleggen heeft., betaelt worden; hetwelk alsoo te verdeelen dat den
drossaert, uytgenomen de citatierechten dan nog twee, ieder schepen en
secretaris hiertegen een deel genieten; maer daer en sal pro decretis,
articulis of wie het name magh hebben geene besondere rechten gevordert
worden. Wanneer immisciën of instellingen te bewercken, grents of
limietpalen te setten, schade te taxeeren, oculaire inspectie te houden of
iet te besichtigen, wie oock niet weniger alswanneer die archieve ter
instantie van partye te openen, of wanneer testamenten by het gericht
nedergelacht of van deselve gepubliceert worden, insgelycks als voormombers
syn aen te stellen, deszelfs requeningen af te nemen, voor het gericht
liquidatie of vergelyck aen te leggen en wat sonderlick judicialiter
of gerichtelyck moet voorgenomen worden, daervoor sal niet meer als boven
gemelde jura termini ordinarii of de ordinaire rechten, ad 6 gulden,
genomen worden en deselve alsoo verdeelen, als wie hierboven vermelt is.
- Doe soogenoemde gichten of aenervingen en
opdrachten moeten in ordinario of gerichtdag gerealiseert worden,
doch daervoor geene meerdere als voorheen gebruyckelycke jura of
rechten ad 7 schellingen genoomen en wie in vorigen Artiekel vermelt is
verdeelt worden. Van gerichtelycke attestatie syn die ordinaire rechten ad 6
gulden Maestr., te betaelen, als wanneer deselve absque sigillo of
sonder segel begeert worden, cum sigillo aber, maer metten segel sijn
daervoor te herleggen 9 gulden en altemael wie boven te repartiseren of te
verdeelen. Wanneer oock gelder, ad judiciale depositum of andersins
in gerichtshanden gestelt souden worden, sal daervan in plaets van jura,
bij nederlegginge 1 p. en by uytbetaelinge of teruggaeve wederom 1 p., maer
jaerlyx pro custodia of bewaernisse ½ p. betaelt worden.
- Wanneer van partyen eene extraordinarius
rechtdagh begeert wordt of een clooster of gemeynde in ordinario litigeert
ofte pleyt, syn die jura verdobbelt en naer maet gerangeert en te
verdeelen. Maer van extraneis of uytlanders en worden geene dobbele jura
genomen, gelyck van sulcke die onder het Roomse Ryck gehoorig syn, ten waere
dat by het gericht der buytenlanders van onse onderdaenen desgelyx dobbele jura
exhibeert of gevordert worden.
- Pro termino collationis et inrotulationis
actorum of voor den termyn, collationeeringe en inrotuleeringe der
acten, item van publicatie van eene sententie wordt niet meer als wie
ordinaire betaelt, en sulx naer meer bevoelen manier gereparteerten
verdeelt.
- Van die gerichtelyck gegevene interlocutoire
of definitieve oordeelen sal geene appellatie verleent worden, hetsy dan dat
die saeck waerover litigeert of gepleyt wordt eene somme van 200 gulden
Maestr. of meer in sich bedroegh. Maer wij voorbehouden ons naerder daerover
te verordineeren of die appellatie aen den schepenstoel van Aeken ofte aen
seeckere van ons te benoemen Appelations- commissarissen devolveeren sal.
Onsere soo dickwijls hierover ergangene of gegevene orders inhereerende sal
voor onsen gericht in geene andere als in de hoogdeutsche Spraeck gehandelt
worden, ook geene als in de Provinciën des Roomschen Ryx geadmitteerde procuratores
of procureurs ter handelinge by den gericht toe te laeten, anderen
daerentegen, alsoo voort af te wysen en in geval van hun of van hunne
partiën selfs een Schrift ofte supplicatie in uytlandsche Brabantsche
spraeck geexhibeert wierde, sulkx terug te geven, en geenswegen voor een
paert der acten sal gehouden worden.
§ IV. Van die gemeente- en paelsaecken.
- Onsen drost en gericht moeten
eydt-plichtmaetig daerop vigileeren of letten, dat in geen het
aldergeringste stuk, soo wenigh, onse landtsheerlycke rechten,
praerogatieven ende hoogheden van in- of uytlanders te nae getreden wordt,
alsoock in jurisdictiesaecken, grens- batiings- jagd en andere saecken van
die naegebuyren den geringsten naerdeel of schade geschiede, maer in
dergelycke gevallen alsoo voort ons daerover behoorlyck te berichten.
- By onse persoonelycke tegenwoordigheid alhier
moeten die gemeenterequeningen voor desselfs afdoen ons van den borgemeester
gepresenteert worden, oock jedermael dry persoonen voor den aen te ordenen
borgemeester ons voorgeslaegen worden, uyt welcken eenen van ons te
benoemen; maer by onse afwesigheydt moet sulcx onsen drossaert of vice
drossaert geschieden, denwelcke dan in onsen naem den borgemeester te
verordeneeren en te benoemen heeft.
- Die gemeenterequeningen moeten jaerlyx in die
van ouds hiertoe gewoonelycke termynen van onsen drossaert en gericht
affgenoemen worden, dewelcke daerop dan sterck hebben te sien of te letten,
of die inbrengende requeningen en voorderingen in alle stucken richtig syn,
daernaer deselve naer billicheyt te modereeren, en besonderlyck daervoor te
sorgen dat die gemeende niet met onnoodighe by- of inslagh en gaer te sware
schattingsinsettingen nog meer belast worde. Drossaert en gericht genieten
daervoor haer gewoonlycke rechten, te weten den droost 6 gulden Maestr., en
jeder schepen 3 gulden Maestrichter cours.
- Dewyl oock klaegten syn ingeloopen, dat die
gemeene armen-middelen tot behoeff of verpleginge der armen niet recht
aengewent en worden, soo sal die armenrequeningen jarlix in den gewonelycken
termijn voor onsen drost en gericht afgehoort worden, en geheel nauw daerop
gesien en gehouden worden, dat hierby geen naerdeel en geschiede,
integendeel die daertoe gefondeerde middelen aen die armen sonder aensien
der personen uytgedeylt sullen worden. Het gericht nochtans sal niet bevoegt
syn eenige jura daervan te nemen.
- Die begleitenisse der beeck, vloedgraeven,
lantweeren, wegen en graeven sal, wie sulkx gebruyckelyck is, in den maent
Mey van jeder jaer geschieden en 14 daegen te voeren gepubliceert worden,
daermede dat een jeder sich voor schade kan hoeden.
§ V. Rechten van den drossaert.
|
Guld. |
Oord |
| Voor jeder citatie of dagement sal hy hebben |
1 |
|
| Pro mandato solvendo voor een mandaet van
betalinge |
1 |
|
Proclamante mandato excecutionisn arresti,
inpignorationis, citatione ad
vivendum publicari sententiam of voor mandaten van executie, arrest,
pandinge, voor citatie om te sien publiceeren de sententie |
1 |
|
Voor die breucken by besigtinge der waterleydinge,
lantweer, etc. geniet hy
voor jeder velt. Waeruyt hy de schepenen heeft te tracteeren wie van oudts
Gewonelyck |
1 |
|
| Van jeder verhoor wanneer saecken onder 25, sommair van
hem verhandelt worden |
2 |
|
Pro vacantia et dictis voor vacatie en dicten, met
ingesloten de teeringskosten
en peertsmoeiten, wanneer hy in saecken van een strydende partie buyten
de heerlykheyt vaceert |
6 |
|
| In gemeene saecken ofte wanneer deselve collegiën of
cloosters aengaen |
8 |
|
| Wanneer hy in fiscael-saecken, breuken vaceert per boog |
3 |
|
| In andere civiel-judiciael- en policiesaecken, per boog |
3 |
10 |
| Als een schepen buytenlants vaceert |
3 |
10 |
§ VI. Rechten van den Secretaris.
|
Guld. |
Oord |
| Voor de Extracten uit het Protocoll, per boog |
0 |
10 |
Voor copie van eene gerichtelycke aenerkenninge ofte
gicht,
voor copie interlocutoire |
0 |
15 |
| Voor copie van een sententie |
1 |
4 |
| Voor insignatie expensorum of der kosten, per boog
voor copie van een decreet |
0 |
5 |
| Voor inventarissen per boog |
0 |
10 |
| Pro citationibus of mandaten als hy se alleenelyck
afschryft |
0 |
10 |
| Wanneer hy buitenlants reyst soo veel als een schepen
voor syne moeiten |
3 |
10 |
| Voor aenteekeninge van arresten |
0 |
10 |
© 2003 Herman de Wit, Maarssen
Deze pagina is een onderdeel van de-wit.net