Plakkaat inzake het ordentelijk trouwen van
priesters 1643 en 1650
(Staats-Brabant)
-

Genealogisch domein

menu.gif (929 bytes)

Overzicht van historische bronnen

menu.gif (929 bytes)

E-mail

text.gif (926 bytes)

 


 

Algemeen Rijksarchief Den Haag, Cornelis Cau, 'Groot-placaetboek, vervattende de placaten, ordonnantien
ende edicten van de Staten Generaal der Verenigde Nederlanden ....[etc]', deel 1 (Den Haag 1655),
kolommen 359-362, bibliotheeksignatuur H 21 D-1.

 

 

Voorafgaand aan dit plakaat wordt nog gemeld:
De goetwillige Leser gelieve alhier voor gerepeteert te houden 't gunt inden Placate van Keyser Karel Art. 17. Colom 319. midtsgaders inde Ordonnantien van Policie vande Staten van Holland inde 13 eerste Articulen Colom 330. ende volgende: ende van Zeelandt Art. 6 ende volgende, Colom 351 ende volgende in het stuck van Trouwen is gestatueert.

 

Placaten vande Staten Generael.
Jegens het onordentelijck Trouwen der Priesteren in Brabandt, in date den 3 Februarij 1643 ende 29 April 1650.



De Staten Generael der Vereenichde Nederlanden, Allen den geenen die dese sullen sien ofte hooren lesen, Saluyt.  Alsoo Wy in ervaringe komen dat de Roomsche Priesters, die noch ghetolereert werden inde Plaetsen ofte Landen van Brabandt onder desen State gehoorende, hun onderstaen ende voor nemen in echte te stellen Persoonen die hun aen heur komen presenteren, sonder dat sy kennisse hebben, ofte dat hun alvoorens is gebleecken vande vryicheyt der Persoonen, noch toesteminge van Ouders oft Voochden, veel min van behoorlijcke Proclamatien ter Plaetse van hunne woon-plaets voor ghegaen zijn, gelijck daer van exempel is, dat sulcx noch onlancks in 't Marquisaet van Bergen opten Zoom onordentelijck is gepleecht, het welcke niet alleen en is tegens het goet gebruyck altijdt in dese Landen geobserveert, maer oock tot groot schandael vanden Houwelijcken-staet, als aende eene zijde den Ouderen oft Voochden beroovende van het respect ende goede toeversicht, 't welck de selve over hare Kinderen ofte Pupillen, voornemelijck in materie van Huwelijcke is compererende, ende aen d'andere zijde den wech openende ende aenleydinge gevende tot illigitime bywooningen Bloet-schanden ende derghelijcke detestable vermengingen, waer tegen, alsoo Wy bevinden dat noodighlijck moet werden versien, SOO IST, dat Wy hier op ghehoort hebbende het advijs vanden Raedt van State deser Vereenichde Nederlanden, als oock vanden Raede van Brabandt, goetgevonden hebben omme alle dergelijcke schandaleuse by een komsten ende onbehoorlijcke versamelingen in Houwelijcke voor te komen; Wel expresselijck by desen te verbieden, dat van nu voortaen geene Inwoonders vande Stadt ende Meyerije van 's Hertogen-Bosch, midtsgaders van Breda, Bergen opten Zoom, Grave, Steenbergen, Willemstadt, ende de respective Landen daer onder gehorende, het zy jonge ofte oude Luyden, meeder oft minder-jarige, onvrye of onder Beneficie van Paspoort oft Sauveguarde, het platte Landt frequenterende, hun sullen hebben te vervorderen voor eenige Roomsche Priesteren, of die geene de macht hebben trouwe te solemniseren, alsulcken solemnisatie te laten doen, sonder al voorens by Wettelijcke Attestatie, ofte vande Kercken-Dienaers vande Plaetse hunner residentie te doen blijcken, dat na voorgaende behoorlijcke aenteeckeninge van heure oprechte namen ende toe-namen, drie Sondaechsche Proclamatien 't haren woon-plaetse, of inde Kercken ofte vanden Raedt-huysen naer ordinaris gewoonte sullen voorgegaan zijn, ende dat geene verhinderinge en is, Op pene van andere solemnisatie indirectelijck verkrijgende, dat de selve sal gehouden worden voor onwettelijck, nul ende van onwaerden, ende dat tegen de Priester, oft den geenen die sich sal onderstaen hebben sulcken pretensen trouwe te doen, sonder het voorschreve Wettich blijck, daer over by den Officier des competerende, sal worden gheprocedeert tot arbitrale correctie, sonder conniventie. Ende op dat niemant hier van ignorantie en pretendere, Soo ordonneren Wy dat dese onse Ordonnantie inde voorsz Steden ende Landen sal worden ghepubliceert ende gheaffigeert. Lastende oock allen Officieren, Justicieren, ende allen anderen dien 't aengaen mach, dese onderhouden, procederende tegen den Overtreders, sonder eenige conniventie oft verdrach, alsoo Wy sullen ten meesten dienste bevonden hebbende te behooren. 

Ghedaen (º) ter Vergaderinge vande Hooch-ghemelte Staten Generael, in 's Graven-Hage, den derden Februarij sesthien-hondert en drie-en-veertich. Was geparapheert, W. Ripperda.
Onder stondt, Ter Ordonnantie van de selve. Gheteeckent, Cornelis Musch. 

Zijnde op 't Spatium ghedruckt het Cachet der selver Heeren Staten, in rooden Wassche.

 

(º) Inden Placate d'Anno 1650 staen dese woorden. Ghedaen ende gerenoveert ter Vergaderinge vande Hooch-ghemelte Heeren Staten Generael in 's Graven-Hage den negen en twintichsten April 1650. Was geparapheert, Bouchorst, vt  
Onder stondt, Ter Ordonnantie van de selve. In absentie vanden Griffier, I. Spronssen.
Zijnde op 't spatium ghedruckt het Cachet der selver Heeren Staten in rooden Wassche.

 

 

© 2001 Herman de Wit, Maarssen
Deze pagina is een onderdeel van de-wit.net