Generaal plakkaat inzake de heffing
van de gemene middelen 1723
(Holland)
- waarin opgenomen een plakkaat uit 1680 en een ordonnantie uit 1711 -
-

Genealogisch domein

menu.gif (929 bytes)

Overzicht van historische bronnen

menu.gif (929 bytes)

E-mail

text.gif (926 bytes)

 


 

Algemeen Rijksarchief Den Haag, Isaac & Jacobus Scheltus, 'Groot-placaetboek, vervattende de placaten, ordonnantien ende edicten van de Staten Generaal der Verenigde Nederlanden ....[etc]', deel 6 (Den Haag, 1746),
blz. 894-899, bibliotheeksignatuur H 21 D-6.

 

 

 

Generaal Placaat op den ophef van de gemeene Middelen voor Holland en Westvriesland, den 14 Maart 1723.

De Staaten van Holland en Westvriesland, allen den genen die deesen sullen sien of hooren leesen, salut, doen te weeten: Dat Wy ten hoogsten noodig hebbende bevonden, dat de gemeene Middelene alomme egalijk en na behooren geheeven, de goede Ingezeetenen beschermt en de Fraudateurs gestraft werden, na resumtie van Ons generaal Placaat en Ordonnantie daar op geëmaneert, op nieuws te ordonneeren en te statueeren, soo als Wy ordonneeren en statueeren by deesen het geen hier na volgt:

I.
In den eersten en vooral ordonneeren, lasten en beveelen Wy Onse Gecommitteerde Raaden in beide Quartieren en Justicieren, en alle Regenten in de Steeden en Dorpen, ieder in desselfs functie, de hand te houden aan den exacten ophef van des gemeene Lands Middelen, ten dien einde dit Ons generaal Placaat, Onse generaale en particuliere Ordonnantien en Placaaten, den ophef van de gemeene Middelen concerneerende, na te koomen en te doen nakoomen, de inbreuken en quaade practyquen, daar teegen aanloopende, teegen te gaan en te weeren, de Overtreeders te regt te stellen en te straffen in gevolge van deselve Onse Placaaten en Ordonnantien, de Pagters en Collecteurs, des versogt, sonder uitstel, uit Onse naam te assisteeren en te doen assisteeren in alles wat deselve in overeenkoominge van Onse Placaaten en Ordonnantien sullen koomen te doen en te verrigten.

II.
Verbieden oversulks alle Magistraaten, Regenten en andere, wie deselve ook souden moogen zyn, eenige denunciatie te doen of te laaten doen, teegen den inhoud van dit Ons Placaat of van Onse generaale en particuliere Ordonnantien en Placaaten, den ophef van de gemeene Middelen betreffende, of daar aan eenige interpretatie te geeven, of in den ophef van de gemeene Middelen eenige verhinderinge toe te brengen, directelijk of indirectelijk, met het weigeren of vertraagen van assistentie of andersints, in eeniger manieren, op de poene teegen de fraudateurs by deesen Placaate gestatueert, en soodanige verdere straffe, als na de geleegentheid der saake sal werden bevonden verdiend te zyn. Alles booven de vergoedinge van de Schaade, die het gemeene Land en de Pagters door soodanige belemmeringe sullen koomen te lyden. En sullen de gemelde boeten en vergoedinge in geenerley wyze tot laste van eenige Steeden of Gemeenschappen mogen werden gebragt of geleeden, maar by de schuldige in haar privé moeten werden voldaan.

III.
Alle en een iegelijk, sonder onderscheid van Ingezeetenen en Vreemden, sullen alle des gemeene Lands Imposten ten vollen moeten betaalen volgens de Ordonnantie daar op gemaakt of nog te maaken, en deselve niet of niet ten vollen betaalende, of de Ordonnantie in eenige pointen by deselve Ordonnantien daar teegen respectivelijk gesteld.
Daarenboven sullen de geene, die willens en weetens eenige van de voorschreeve Imposten in het geheel of ten deele sullen hebben gefraudeert, t'elkens vervallen in de boete van twee hondert guldens.
En sullen de neeringdoende Luiden, in dier voegen fraudeerende in Waaren tot haar Neeringe behoorende, nog booven de eevengemelde boetens van de neeringe in deselve Waaren werden gesuspendeert geduurende de tyd van een jaar.
Wyders sullen alle de geene, die eenige Ampten of Bedieningen hebbende, koomende willens en weetens te fraudeeren, meede boven de boeten van dit Placaat en van de particuliere Ordonnantien, voor een geheel jaar van Ampt of Bedieninge werden gesuspendeert.

IV.
Alle de geene, dewelke sig sullen hebben laaten omkoopen, of sig sullen hebben ingelaaten, om haar Persoonen, Huisen, Schuuren, Schuiten, Wagens, Karren of Sleeden tot het fraudeeren van des gemeene Lands Middelen te laaten gebruiken, of de Fraudateurs op eenige andere wyze daar in behulpsaam te zyn, sullen werden gehouden voor Complicen, en met deselve straffe als Fraudateurs werden gestraft: En sullen daarenboven de Scheepen, Wagens, Karren of Sleeden, in het fraudeeren gebruikt, werden geconfisqueert.

V.
Alle de geene, dewelke bevonden sullen werden haar gewoonte te maaken, of meermaals gepractiseert te hebben, sig te laaten gebruiken tot het fraudeeren van des gemeene Lands Middeleen, in plaatse van op een eerlijke wyze de kost te winnen, sullen werden gegeesselt, en geconsi[g]neert in een Tugthuis, om met haar handen de kost te winnen, ten minsten voor den tyd van een jaar, sonder dat die tyd met eenige geldboeten sal moogen werden afgekogt of verkort.

VI.
Alle resistentie, feitelijkheid en geweld, gepleegt werdende tegens de Pagters of Collecteurs van des gemeene Lands Middelen, in het vorderen van deselve Middelen, in het toesien, agterhaalen, calangeeren en wat des meer is, sal werden gehouden als begaan teegens de hooge Overigheid, en oversulks werden gestraft aan den Lyve, en selfs met de dood, na exigentie van saaken.

VII.
Alsoo veel fraudes, insonderheid by neeringdoende Luiden en Schippers, werden bedekt, met voor te geeven, dat die souden begaan zyn door haare Bedienden en buiten haar kennisse, werd by deesen geordonneert, dat de geene, die sulks sal allegeeren, de schuldige sal moeten overleeveren aan de Justitie; en voorgeevende dat deselve ontvlugt is, geadmitteert sal werden, soo geen neeringdoende Persoon of Schipper is, om sijn onschuld en onkunde met eede te bevestigen; dog zynde een neeringdoende Persoon of Schipper, sal voor de Schuldige, die hy voorgeeft ontvlugt te zyn, moeten instaan, in soo verre, dat voor deselve sal moeten betaalen een geldboete van twee hondert guldens.

VIII.
Ten aansien van het vervoeren van Waren, Impost subject, sal moeten agtervolgt worden het geene diesaangaande in de particuliere Ordonnantie, en specialijk in de Publicatie van den 19 Juny 1711, bevoolen werd, op de straffe en boete by de voorschreeve Ordonnantien en Publicatie respectivelijk gesteld, waar toe by deesen werd gerefereert.

IX.
En ten opsigte van de ventjagerye, sal Ons Placaat van den 6 April 1680 moeten werden agtervolgt, waar toe by desen meede werd gerefereert.

X.
Niemand sal eenige Waaren, Impost subject, moogen pakken en versenden in ongewoone en sulks onbehoorlijke pakkagie, nog ook in deselve onbehoorlijke pakkagie willens en weetens ontfangen, op poene van als Fraudateurs gestraft te worden. En sullen de Officieren en Pagters, merkelijke suspicie daar van hebbende, in presentie van Getuigen de Pakken en Vaaren moogen doen openen, des dat gehouden sullen zyn in de vergoedinge van de schaade, die daar door veroorsaakt mogte zyn, wanneer sal zyn bevonden, geen fraude gecommitteert te zyn.

XI.
De Regenten, der selver Ministers, Officieren, Ontfangers en der selver Bedienden sullen in geenerlei wyze voor reekening van de Steeden of Dorpen, veel min voor eigene reekening, part of deel moogen hebben in eenige Pagten van de gemeene Lands Middelen, directelijk of indirectelijk, op poene van agtien honderd guldens, maar ook van haare Officien of Diensten gesuspendeert te werden voor den tyd van een jaar. En als eenig Pagter daar in deel gehad of sijn naam geleend sal hebben, sal deselve meede verbeuren gelijke boete van agtien hondert gulden.

XII.
Aangezien de last van de gemeene Lands Middelen by alle Onse Ingezeetenen eenpaarlijk moet gedraagen worden, en op dat de neeringdoende Luiden malkanderen niet moogen benadeelen, sullen geen Gildens- of neeringdoende Luiden in het gemeen of iemand van deselve voor sijn particulier moogen aanstaan eenige Pagten van Imposten, die gesteld zyn op de Waaren waar in sy neering doen, of die sy tot haar neering noodsaakelijk moeten gebruiken.
En sullen ook geen part of deel in soodanige Pagten moogen hebben, directelijk noch indirectelijk, op poene van te verbeuren ses honderd guldens, en van suspentie van haar neering voor den tyd van een jaar; en als eenig Pagter daar in deel gehad of sijn naam geleend sal hebben, sal deselve verbeuren duisend guldens, en arbitralijk werden gecorrigeert.
En sal, onvermindert deselve boete en straffe, de Verpagtinge vernietigt en den Impost op nieuw verpagt werden. Sullende den Pagter en sijne Borgen en de neeringdoende Luiden moeten betaalen de kosten daar op te vallen, en voldoen het geen den Impost minder mogte gelden; en by manquement van dien, soo den Pagter als de neeringdoende Luiden, ieder in solidum, paratelijk daar toe werden geëxecuteert.
Wyders sullen ook de Collecteurs, in soodanige saaken deel gehad of haar nam geleend hebbende, meede vervallen in de boete van duisend guldens en arbitralijk werden gecorrigeert.
En om alle indirecte practyquen af te snyden, sal niemand moogen zyn Pagter, Meedestander, Borge of Collecteur van eenige Imposten, en te gelijk Vader, Kind, Vrouw of gebrooden Dienaar of Dienstmaagt van iemand, die neering doet in de Specien, waar van sy Pagters, Meedestanders, Borgen of Collecteurs zyn, op gelijke poene. Behoudelijk dat een meerderjaarige Zoon of Dogter, op sig selven woonende, en voor het aangaan van de Pagt die neering gedaan hebbende, daar onder niet sal weesen begreepen.
De Pagters, des gerequireert by den Procureur Generaal, Commis Fiscaal of andere Officieren, die het aangaat, sullen voor onse Gecommitteerde Raaden met eeden moeten verklaaren, dat geen Persoonen, een dewelke het volgens dit Articul verbooden is, part of deel hebben in haare Pagten, dat sy die ook aan soodanigen Persoon niet sullen overdoen, alles directelijk nog indirectelijk, op poene dat die des weigerig is ieder dag verbeuren sal ses guldens.
Wyders sullen de Collecten niet moogen werden gehouden in Huisen alwaar neering werd gedaan in alle Waaren over welkers Impost de collectie geschied, op de boete van duisend guldens.

XIII.
De Pagters sullen aan niemand buiten de geene, die by de generaale Ordonnantie of particuliere Resolutien vry gesteld sullen zyn, eenige vrydom moogen vergunnen; gelijk ook met niemand buiten de particuliere Ordonnantien of Resolutien gepermitteert mogte zyn of gepermitteert mogte worden, sullen moogen composeeren, om minder als 's Lands geregtigheid te ontfangen, op de boete van twee honderd guldens tot laste van den Pagter en van die geene, die sig van soodanige vrylaatinge bediend of gecomposeert sal hebben, ieder in het geheel, booven de boete in de particuliere Ordonnantien daar teegen gestatueert.
Dan alsoo de compositien met neeringdoende Luiden van grooter consideratie zyn, als strekkende niet alleen tot merkelijk nadeel van 's Lands inkoomen, maar ook tot onderdrukkinge van de geene, die het gemeene Land eerlijk voldoende, teegens de andere niet konnen markten, sullen de Pagters, hebbende gecomposeert met Gilde of neeringen in het geheel, of met eenige neeringdoende Luiden in het bysonder, ten aansien van de Waaren tot deselve Neeringe behoorende, en de geene met dewelke sy sullen hebben gecomposeert, als meede de geene, die sig daar toe sullen hebben laaten gebruiken, alle en een iegelijk van selve als moedwillige fraudateurs werden gestraft.
En sal dien onvermindert de Pagt vernietigt en den selven Impost tot koste en schaade van den Pagter en van de neeringdoende Luiden, ieder in solidum, werden herpagt, op de wyze en met het effect als hier vooren ten aansien van het aanstaan van eenige Pagten en van daar in deel te hebben is gestatueert.

XIV.
De Pagters meer vorderende of ontfangende als s'Lands geregtigheid, sullen t'elkens vervallen in de boete van twee honderd guldens.
En sullen de Pagters, deesen aangaande voor haare Bedienden moeten verantwoorden, en de gemelde boeten (behoudens regres teegens deselve) moeten betaalen.

XV.
Alle de actien, pretensien en differenten, ter saake van de verpagte Middelen, het zy tusschen de Ontfangers en Pagters, de Pagters onderling, de Officieren en Pagters gesaamentlijk teegens Particulieren of andersints, werdende gesondeert op dit Ons generaal Placaat of Onse generaale of particuliere Ordonnantien, op den ophef van de gemeene Middelen geemaneert, sullen ter eerster instantie moeten werden gebragt voor de Gecommitteerde Scheepenen van de Hoofdstad van het District, welker jurisdictie en vervolgens ook de executien sullen gaan over alle Pagters onder het selve District Middelen gepagt hebbende, alschoon sy daar buiten mogten woonen.
En werd, soo veel particulierlijk de executie van de Pagters concerneert, gerefereert tot het geen dienaangaande by de generaale Ordonnantie is gestatueert.
Soo veel ook aangaat de judicature tusschen Pagters, wanneer de peil in het geheel of voor een groot gedeelte werd bedisputeert, werd gerefereert tot het geen op dat subject is gestatueert.

XVI.
Dog alle de calanges teegens Pagters of haare Borgen ter saake van ontrouw of quaad comportement omtrent de maniantie van haar Pagt en Borgtogte mitsgaders van de penningen die daar voor haare Pagten zyn uitgelooft, sullen door de Officieren werden gebragt voor Scheepenen Commissarissen, en by preventie ook door den Procureur Generaal en Commis Fiscaal, ter eerster instantie gebragt moogen werden ter judicature van Onse Gecommitterde Raaden in het Quartier daar het sal voorvallen, die Wy gelasten kort en onvertoogen regt daar op te doen.
En alsoo die saaken doorgaans eerst konnen werden ontdekt na de expiratie van de Pagten, verstaan Wy, dat geen verjaaringe omtrent de calanges over de eevengemelde saaken van maliversatien en quaade maniantie van de Pagters en der selver Borgen sal plaats hebben.

XVII.
Op dat ook de compositien te beeter moogen werden geweerd, sullen de Pagters van den Officier, daar de composeerende Pagters woonen, deselve Pagters, die gecomposeert sullen hebben, ter eerster instantie moogen doen causeeren voor de Heeren Gecommitteerde Raaden, en aldaar contenteeren tot de boeten en poenen in dit Ons generaal Placaat begreepen, gelijk ook de Pagters van een District teegens malkanderen sullen moogen doen voor de respective Gecommitteerde Scheepenen.

XVIII.
De Gecommitteerde Scheepenen sullen gehouden zyn tusschen Partyen sommarie en de plano regt te doen by absolutie of condemnatie, sonder de saake voor goede Mannen te renvoyeeren, ten waare merkelijke reedenen daar toe mogten dienen. En sullen Scheepenen geen langer termyn moogen stellen als van agt dagen, in deeser voegen, dat de saaken ten principaale konnen gedecideert zyn binnen den tyd van twee maanden of ten langsten binnen tien weeken, de vacatien daar onder niet begreepen.
Sullende by langer uitstel de saaken moogen werden geëvoceert voor Onse Gecommitteerde Raaden, des dat, alvoorens het Mandament van evocatie te verleenen, het berigt van Scheepenen Commissarissen sal werden ingenoomen, dewelke gehouden sullen weesen binnen den tyd van veertien dagen schriftelijk te berigten; En sal, die tyd verstreeken zynde, het Mandement werden verleend.

XIX.
Wanneer iemand sal vermeinen by vonnisse van Gecommitteerde Scheepenen beswaard te zyn, sal het deselve vrystaan daar van aan Onse Gecommitteerde Raaden te provoceeren: En sal daar op werden verleend Mandamant van appel met inhibitie, en sulks met surcheance van de executie, wanneer het vonnisse sal zyn geweesen tot voordeel van Particulieren en nadeel van de Pagters, dog sal alleen reformatie werden verleend wanneer het vonnisse sal zyn geweesen teegens Particulieren, tot voordeel van de Pagters, of ook teegens de Pagters, haare Meedestanders of Borgen, en tot voordeel van de Ontfangers.
Sullende in die gevallen de Gecommitteerde de somme, in het vonnisse begreepen, meteen namptiseeren.
Voorts sal die geene, die komt te provoceeren, het zy tot appel of tot reformatie, sijne provocatie moeten interjecteeren en in de regtdag doen dienen binnen de twee maanden na de pronunciatie van het Vonnisse, op poene van desertie.

XX.
De Sententien over Onse Gecommitteerde Raaden, het zy by provocatie of ter eerster instantie geweesen, sullen werden gehouden voor Arresten, sonder dat daar van sal konnen worden geprovoceert.

XXI.
Dog het sal vry staan daar van te koomen in rivisie.
En sal de geene, die revisie sal willen versoeken, gehouden zyn soo tydig sijne Requeste aan Onse Gecommitteerde Raaden over te geeven, dat het Appointement van dagvaarding, daar op te verleenen, ter executie gelegt, en den dag beteekent sal konnen zyn binnen de drie maanden na de pronunciatie van de Sententie.
Het voorschreeve Request sal moeten inhouden de reedenen en middelen, waar op het erreur werd gesustineert te worden beweesen,
Voorts sal daar beneevens ter Secretarye moeten werden geconsigneert de somme van honderd guldens.
Ten dage dienende sal den Impetrant geen andere reedenen en middelen moogen voorstellen, dan die in sijne Requeste begreepen zyn, waar op den Gedaagden ten voorschreeven daage sal antwoorden.
En aan wederzydse pertinente conclusie genoomen zynde, sal daar van Acte gemaakt, en ten processe gevoegt werden.
Waar na den Impetrant gehouden sal zyn binnen drie maanden, te reekenen van den dag van de voorschreeve Acte, aan Ons te versoeken Adjuncten, om het proces te hersien, dewelke hem verleend sullen werden tot vyf in getaale, mits by den Impetrant ter Secretarye gefourneert werdende soodanige somme, als Onse Gecommitteerde Raaden sullen oordeelen van nooden te zyn.
En ten einde dit Ons generaal Placaat alomme onderhouden werde, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ontbieden en beveelen Wy alle Officieren en Magistraaten, dat sy het selve alomme doen en laaten publiceeren en affigeeren daar men gewoonlijk is publicatie en affixie te doen: Beveelen voorts den Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal, Commisen Fiscaal, tot conservatie van des gemeene Lands Middelen, en alle andere Officieren en Justicieren der voorschreeven Landen respectivelijk, en elk van hen in sijn reguard, op de privatie van hunne Officien, mitsgaders allen anderen en iegelijk die het aangaan mag, op de poenen en boeten daar by gesteld, den inhoud van dien na te koomen en onverbreekelijk te onderhouden, doen nakoomen en onderhouden in alle sijne pointen en articulen, alsoo Wy sulks tot dienst van den Lande en vorderinge der gemeene saake noodig hebben gevonden.
Gedaan in den Hage onder Onse Zegel den 11 Maart 1723. Onder stond, Ter ordonnantie van de Staaten. Was geteekent, Simon van Beaumont.

 

WAARSCHOUWINGE

De Staaten van Holland en Westvriesland, allen den geenen die deese sullen sien of hooren leesen, salut, doen te weeten: Dat Wy goedgevonden hebbende by Onse Waarschouwinge te verklaaren, dat de Opgezeetenen ten platten Lande wel vermoogen binnen de jurisdictie van haare Dorpen te brengen, te venten en te debiteeren alle soorten van Goederen, daar van het debiet of vertier niet is gebonden aan seekere Huisen en Plaatsen, dat de voorschreeve Opgezeetenen vermoogen aan den Kooper te leeveren en met haar eigen of gehuurde Scheepen t'huis te brengen alle soorten van Waaren en Koopmanschappen by den selven Kooper in de jurisdictie van haar Dorp respective gekogt, daar van het vertier of de neeringe ten platten Lande niet en is verbooden: Dat deselve Opgezeetenen voorts alomme ook moogen opbrengen, venten en verkoopen, soo in groote als kleine quantiteit, alle soorten van Koopmanschappen, geene uitgesondert, dan alleen Bier, Wyn, Brandewyn, Azyn, Tabak, zyde en wolle Laakenen, Speceryen, Suiker, Syroop, Razynen, Zeep, Zout, Kaarssen, Hammen, Spek of Vlees dat geslagt is, Meel of Brood, Bischuit uitgesondert: Dat de voorschreeve Opgezeetenen ook wel vermoogen binnen de respective Steeden op de Marktdagen te Markt te brengen alle soorten van Goederen, ook die, daar van het ombrengen of venten hier vooren is verbooden, soo waneer maar het vertier of de neeringe van deselve Goederen ten platten Lande niet verbooden is, mits subject blyvende de Keuren en Ordonnantien binnen deselve Steeden gemaakt of nog te maaken op het stuk van het markten van eenige Goederen. Dat wyders de voorschreeve Opgezeetenen haar punctuelijk sullen moeten reguleeren na de Placaaten en Ordonnantien op den aanhef van de gemeene Middelen gemaakt, sonder daar van in eenige deele af te wyken, op de poenen en boeten in de voorschreeve Placaten begreepen; en dat de respective Officieren en Pagters ten allen tyden sullen moogen visiteeren en doen visiteeren de Scheepen van de voorschreeve Opgezeetenen, om te sien of by haar geen frauden of contracentien teegens de voorschreeve Placaaten en Ordonnantie, of ook teegens het jegenwoordig Declaratoir werden gecommitteert.
Begeerende dat deese, ten einde niemand daar van ignorantie soude moogen pretendeeren, alomme gepubliceert en geaffigeert sal worden daar het behoord en te geschieden gebruikelijk is.
Gedaan in den Hage den 6 April 1680. Onder stond, Ter ordonnantie van de Staaten. Was geteekent, Simon van Beaumont.

 

PUBLICATIE

De Staaten van Holland en Westvriesland, allen den geene, die deese sullen sien of hooren leesen, salut, doen te weeten, dat Wy tot meerder en beeter weeringe van de frauden en smokkelaryen, die door de afschryvinge na buiten de Districten van de verpagtingen werden gepleegt, omtrent de Middelen op de Bieren, Wyn, Mee, Brandewyn, gedistilleerde Wateren en Azyn, geordonneert en gestatueert hebben, soo als Wy ordonneren en statueeren by deesen, dat voortaan niemand Bier, Wyn, Mee, Brandewyn, gedistilleerde Wateren of Azyn sal moogen vervoeren of versenden na eenige Plaatsen binnen deese Provincie als op een Billiet van den Pagter of Collecteur van de Plaatse alwaar die sullen worden ingeslaagen en geconsumeert; houdende het selve Billiet, dat den Impost daar van is betaald, het welke aan den Pagter of Collecteur van de Plaatse van den uitslag vertoond zynde, sal die daar op stellen de vertooninge van dien, op welk Billiet de voorschreeve Specien sullen moogen werden versonden, vervoerd en ingeslaagen.
Dat, in gevalle iemand buiten soodanig Billiet de voorschreeve Specien wilde vervoeren of versenden na eenige Plaatsen binnen deese Provincie, die sal geohuden zyn te ligten een Billiet van den Pagter of Collecteur van de Plaatse van den uitslag, en den Impost aan deselve daar neevens namptiseeren, welk Billiet ter Plaatse van den inslag sal moeten werden geleevert aan den Pagter of Collecteur aldaar, en gevolglijk de voorschreeve Waaren moogen werden ingeslaagen, op poene van drie honderd guldens by iemand, des contrarie doende, t'elkens te verbeuren; alle het welke plaats sal hebben omtrent particuliere Ingezeetenen, blyvende de biersteekers, Wyn-, Meekoopers en Koopluiden in Wynen, Mee, Brandewynen en Azyn gehouden aan het geene de respective Ordonnantien t'haaren laste meedebrengen.
Dat alle die geene, die voorgemelde Specien willen vervoeren of versenden na buiten deese Provincie, sullen moeten ligten een Billiet, houdende de qualiteit en quantiteit van de Waaren, de Plaatsen waar na toe, de Persoon aan wie, en de naam van den Vervoerder, ten einde den Pagter of Collecteur van de Plaatse van den uitslag en andere, daar by geinteresseert, in staat moogen weesen het selve te konnen naspeuren; en in gevalle eenig Vervoerder van de voorgemelde Specien op een Billiet, houdende na buiten deese Provincie, deselve Waaren binnen deese Provincie ergens komt te lossen, sal soodanigen Vervoerder als een moedwillig Fraudateur aangesien, en vervolgens sonder eenige conniventie werden gestraft, eerst met een geldboete van ses honderd guldens t'elkens te verbeuren, en daarenboven met verbeurte van het Schip, Schuit, Wagen, Karre of Sleede, waar meede de vervoeringe is gedaan, of waar meede den selven Fraudateur naderhand binnen 's jaars sal werden agterhaald, en verder dat soodanigen Fraudateur, anderen ten exempel, sal gestraft werden met een openbaare geesseling en met ses jaaren lang in een Tugthuis met sijn handen de kost moeten verdienen.
Dat de Pagters of Collecteurs op de voorschreeve Specien geene Billietten van afschryvinge na binnen deese Provincie sullen moogen geeven, als na voorgaande betaalinge of namptissement van den Impost, en na buiten deese Provincie anders als na de voorschreeve forme, op poene van drie honderd guldens op ieder Billiet dat anders sal weesen uitgegeeven. Werdende de respective Officieren, en vooral de Commisen Fiscael, gelast naauwkeurig hier op te rechercheeren.
Dat de Pagters en Collecteurs van de voorgemelde Specien pertinent en separaat Register sullen moeten houden van alle de partyen, die soo na buiten als na binnen deese Provincie werden afgeschreeven, en het selve aan andere Pagters en Collecteurs, des gerequireert, altyd moeten communiceeren, op poene van vyf en twintig guldens op ieder weigering te verbeuren, en dat de Pagters, die het aangaat, de genamptiseerde penningen alle maanden sullen moogen ophaalen, mits geevende den twintigsten penning voor collectloon.
Dat de Pagters en Collecteurs, met kennis van de Magistraaten in de Steeden, buiten het generaale Comptoir soo veele Comptoiren tot de afschryving sullen moogen stellen, als ten dienst van de Middelen en commoditeit van de Uitleeveraars sullen oordeelen van nooden te zyn.
En ten laatsten, dat de respective Ordonnantien, op de voorschreeve Middelen geëmaneert, sullen blyven in haar volkoomen vigeur omtrent alle de pointen, die door voorgaande Articulen niet zyn verandert.
En op dat een iegelijk van Onse begeerte, goede meininge en intentie deesen aangaande soude weesen geinformeert, soo begeeren Wy, dat deese alomme verkondigt en geaffigeert sal worden daar het behoord, en te geschieden gebruikelijk is.
Gedaan in den Hage onder het kleine Zegel van den voorschreeven Lande, den 19 Juny 1711. Onder stond, Ter ordonnantie van de Staaten. Was geteekent, Simon van Beaumont.

 

© 2001 Herman de Wit, Maarssen
Deze pagina is een onderdeel van de-wit.net