Declaratoir aan de van hunne posten ontslagene regenten der stad Utrecht (1795)
-

Genealogisch domein

menu.gif (929 bytes)

Overzicht van historische bronnen

menu.gif (929 bytes)

E-mail

text.gif (926 bytes)

 


Afschrift van het origineel in particulier bezit.

 

 

Declaratoir
door het
comité revolutionaire
aan de van hunne posten ontslagene
regenten
der stad
Utrecht.

 

Burgers:

Het Comité Revolutionair Geauthoriseerd door de Burgerije deezer Stad en dus de zelve verteegenwoordigende, wendt zig tot U in deeze betrekking ten Raadzaale:

Het Volk van Nederland ziet aan hunnen Bataafsche grond opkoomen, dien gewenschten dag, de zon der vrijheid, waar op de Nederlandsche Ingezeetenen de oeffening hunner als mensch-eigene en ontvreemde Rechten willen herneemen, warvan zij na de afzweering van het Spaansche juk nimmer de waare Vrijheid hebben genooten en men niet anders zeggen kan, dan dat het despotiek bestier van een op eene menigte van hoofden is overgegaan. Dit ogenblik het welk ons het gunstigste des werelds is, doet ons besluiten tot het veranderen van het Regeeringsbestuur, het welk door waare Representanten des Volks, die niet dan het geluk en den welvaard van dien ten oogmerk hebben, moet vervangen worden.

Het Comité Revolutionair verklaard dan in haare gemelde betrekking van Provisioneele Vertegenwoordigers der Burgerije deezer stad, dat de posten waarin gij Burgers het Publiek gezag hebt uitgeoeffend van dit moment af zijn geëindigt en dat gij alleen  en ieder in ’t bijzonder van nu af zijt weergekeert tot den kring van amptelooze burgers, het Comité verklaard Ulieden midsdien onbevoegd om van nu af eenige daad of daaden van Regeering uitteoeffenen en steld Ulieden ten dien opzigte voor alle tegengestelde handeling aansprakelijk.

Het Comité eischt eindelijk van Ulieden om deeze Raadszaal onverwijld te verlaaten en naar Uwe wooningen als burgers te rug te keeren in welke betrekking Gijlieden die volkome veiligheid voor uwe persoonen en bezittingen genieten zult, waar op ieder burger aanspraak heeft en waar door aan geheel Europa, op eene de vijanden der Vrijheid beschamende wijze zal worden getoond, hoe veel eene omwenteling, welke ten gevallen van Dwingelanden moest dienen, om de Bataafsche Vrijheid te vertrappen, verschild van die door welke die zelve Vrijheid aan een Edelmoedig volk wedergegeeven en alle onderdrukking voor altoos van den Bataafschen grond verbannen word.

Actum Utrecht den 25 januarij 1795.

Het eerste Jaar der Vrijheid:

Uit naam van ‘t Comité Revolutionair,
(was getekend)
Jacobus van Dam, secretaris

Te Utrecht, bij L. De Visser en G.T. van Paddenburg en Zoon, Drukkers van ‘t Comité Revolutionair

 

 

© 2000 Herman de Wit, Maarssen
Deze pagina is een onderdeel van de-wit.net